EU-bandenlabel en efficiëntieklasse?
De Europese Unie heeft bij verordening (nr. 1222/2009) het EU-Bandenlabel ingevoerd, dat identiek en bindend is voor alle EU-lidstaten. Het is van toepassing op banden voor personenauto's, lichte bedrijfsvoertuigen en zware bedrijfsvoertuigen die na 1.7.2012 zijn geproduceerd.
Drie verschillende gedeelten worden getest: rolweerstand, grip op nat wegdek en het rolgeluid dat de band op de weg maakt.
Het EU-bandenetiket is niet van toepassing op: vernieuwde banden, professionele off-roadbanden, racebanden, banden met extra voorzieningen om de tractie te verbeteren, zoals spijkerbanden, noodbanden van het T-type, speciale banden voor montage op voertuigen die voor het eerst zijn geregistreerd vóór 1 oktober 1990, banden met een maximaal toegestane snelheid van 80 km/uur, banden voor velgen met een nominale diameter van 254 mm of minder of 635 mm of meer.
Met deze verordening beoogt de Europese Unie enerzijds de economische en ecologische efficiëntie van het wegverkeer te bevorderen en de verkeersveiligheid te vergroten, en anderzijds de consument meer transparantie van de producten te bieden en tegelijkertijd te dienen als een actief hulpmiddel bij de besluitvorming.
Al tijdens de integratie bekritiseren deskundigen het feit dat het EU-bandenlabel helaas maar een paar productkenmerken vermeldt. Naast rolweerstand, grip op nat wegdek en rolgeluid, waarop de EU-bandenetikettering vooral is gericht, hebben banden veel belangrijkere en veiligheidsrelevantere producteigenschappen, zoals aquaplaning-eigenschappen, rijstabiliteit, levensduur, remeigenschappen op droog en nat wegdek, gedrag onder winterse omstandigheden, enz.
Bandenfabrikanten wijzen erop dat testresultaten van diverse instellingen en vakbladen een belangrijk informatiemedium voor de eindgebruiker blijven. Deze tests richten zich meestal op andere veiligheidsrelevante productkenmerken dan de EU-normkwalificaties voor de etikettering van banden, die altijd belangrijk zijn voor de eindgebruiker.